“Wat leuk, jij bent grafisch ontwerper! Dat wil ik ook wel, ik ben ook creatief en ik werk vaak met Canva.” Of: “Mijn nichtje maakt ook wel eens wat in Photoshop.” En natuurlijk de klassieker: “Dat maak je toch gewoon even?”
Voor veel ontwerpers zijn dit pijnlijke, maar o zo herkenbare opmerkingen. Het lijkt soms alsof iedereen die een beetje handig is met een tool, zichzelf ontwerper mag noemen. Maar wie daadwerkelijk het vak uitoefent, weet beter: grafisch ontwerp is zóveel meer dan het kiezen van een kleurtje of het plakken van een mooi lettertype.
Design wordt vaak onderschat omdat het – wanneer goed uitgevoerd – eenvoudig oogt. Maar achter dat ogenschijnlijk simpele resultaat schuilt een complex proces van analyse, strategie, creatie en finetuning. Ja, je kunt leren werken met programma’s als Photoshop, Illustrator en InDesign. Maar dat maakt je nog geen ontwerper. Tools zijn slechts middelen — het denken, voelen en beslissen gebeurt in het hoofd en hart van de maker.
Een grafisch ontwerper is niet zomaar iemand die “iets moois” maakt. Een ontwerper vertaalt ideeën naar visuele communicatie, denkt na over de psychologie van kleur en vorm, over typografie, hiërarchie, balans en impact. Elke keuze – van lettertype tot marges – is doordacht. Niets is willekeurig. Alles dient een doel.
Toch wordt visueel ontwerp nog te vaak weggezet als “leuk voor erbij”. Terwijl het visuele aspect vaak het eerste is dat een potentiële klant ziet van een merk. Binnen enkele seconden bepaalt iemand of een merk professioneel, betrouwbaar of sympathiek overkomt – en dat gebeurt bijna volledig visueel. Vormgeving draagt dus direct bij aan vertrouwen, herkenning en conversie.
Een goed ontwerp voelt vanzelfsprekend, maar dat is precies omdat het tot in de puntjes klopt. En dat is waar het vakmanschap zit: in het onzichtbare denkwerk achter het zichtbare resultaat.
Dus nee — wij “maken het niet even snel”.
Wij luisteren. Wij analyseren. Wij voelen. Wij denken.
Wij ontwerpen.
Zien wat we hebben ontworpen?